Het klimaat van Nieuw-Zeeland

Nieuw-Zeeland heeft voor een groot deel een heerlijk zeeklimaat, type Cf volgens de klimaatclassificatie van Köppen, met milde winters en vrij warme zomers. Het noorden van Nieuw-Zeeland wordt wel eens als subtropisch betiteld, maar is dat officieel niet.

De hoger gelegen delen – en dan met name die op het Zuidereiland – hebben meer eigenschappen van een landklimaat. Op de hoogste toppen heerst een hooggebergteklimaat. Hier zijn de zomers én winters een stuk koeler. Op de hoogste toppen tref je zelfs (eeuwige) sneeuw aan. In de bergen van Nieuw-Zeeland vind je dan ook meerdere skipistes en kun je in de periode juni tot en met begin oktober op wintersport gaan.

Nieuw-Zeeland is een zonnig land. Het gemiddeld aantal zonuren op jaarbasis ligt rond de tweeduizend, met uitschieters tot zo'n 2300-2400 zonuren op jaarbasis op de zonnigste plekken. De zonne-uren zijn redelijk over het jaar verdeeld. In de zomermaanden schijnt de zon in absoluut aantal uren meer dan in de winter, maar als je kijkt naar het relatief aantal uurtjes zonneschijn, dan zijn de verschillen vrij klein. De winters zijn niet zo somber zoals we ze hier in de lage landen meestal meemaken.

Door de flinke hoogteverschillen is er ook een groot verschil in de hoeveelheden neerslag die verspreid over het land vallen. De westkant van het Zuidereiland is aanzienlijk natter dan de oostzijde, wat te maken heeft met stuwregens die voortkomen uit depressies die over de Tasmanzee aangevoerd worden. De regen valt hier gedurende het hele jaar, waarbij aangetekend moet worden dat de neerslag in de lokale zomermaanden (november-maart) minder is dan in de winter.

Omdat Nieuw-Zeeland op het zuidelijk halfrond, ligt zijn de seizoenen precies tegenovergesteld aan die in Nederland. Als het bij ons winter is, is het in Nieuw-Zeeland zomer. Zodra het in Nieuw-Zeeland herfst wordt, begint bij ons de lente. Merkbaar is dat je, als je in zuidelijke richting reist, verder van de evenaar af komt, want anders dan bij ons (op het noordelijk halfrond) daalt de temperatuur meestal naarmate je zuidelijker komt.

Zomer in Nieuw-Zeeland

De zomers in Nieuw-Zeeland zijn aangenaam warm, waarbij het zelden te heet wordt. In de bergen is het een stuk koeler en kan het heerlijk zijn om te vertoeven als het langs de kust te warm en/of benauwd wordt. De dagtemperatuur ligt vrijwel gedurende de hele zomer zo tussen de 21 en 28 graden, met mogelijk lokale uitzonderingen. In het oosten kan de temperatuur zelfs oplopen tot rond of boven de dertig graden, maar extreem warm weer met temperaturen rond of boven de veertig graden, zoals in “buurland” Australië, zul je hier niet meemaken.

In de zomermaanden kunnen er binnen relatief kleine afstanden grote verschillen in weerbeeld en temperatuur voorkomen. Terwijl het aan de kust lekker zonnig en zomers is, kan het honderd kilometer landinwaarts en vooral op grotere hoogte flink regenen en zomaar tien tot vijftien graden koeler zijn. Dit zie je vooral aan de westzijde van de bergen en in het noorden van de eilanden.

Winter

De wintermaanden in Nieuw-Zeeland variëren van zacht en vrij zonnig tot koud en winters op de hoogste plekken van Nieuw-Zeeland. De sneeuwgrens daalt in de wintermaanden tot ongeveer 500-600 meter en ook in lager gelegen gebieden op het Zuidereiland is sneeuwval zeker mogelijk. Zeker aan de oostkant van het Zuidereiland heb je een aantal keren per jaar sneeuwval in de lager gelegen gebieden. Wat hogerop kan de sneeuwval voor serieuze overlast zorgen door de hoeveelheden die soms in korte tijd kunnen vallen. Vanaf zo'n 2500 meter (Noordereiland) tot 2000 meter (Zuidereiland) ligt er eeuwige sneeuw. De witte laag die je hier aantreft, smelt in de zomermaanden niet of slechts deels, waardoor het landschap hier altijd wit ziet.

Onvoorspelbaar en wisselvallig

Het weer in Nieuw-Zeeland kan erg onvoorspelbaar en wisselvallig zijn. In het binnenland kan het weer zelfs meerdere keren op een dag compleet omslaan, waardoor men het wel eens heeft over 'vier seizoenen in één dag'. Deze wispelturigheid zie je het hele jaar door en dan met name in het westen en de binnenlanden. Het is goed mogelijk dat het de ene dag 24 graden en zonnig is en dat het de volgende dag maar net 12 graden is, met volop regen, hagel en wind. Wie op vakantie gaat naar Nieuw-Zeeland moet daarom met zijn of haar reisuitrusting rekening houden met alle mogelijke weersomstandigheden. Zeker als je van plan bent om rond te reizen moet je zowel warme als zomerse kleding meenemen. In het voor- en najaar is de onvoorspelbaarheid het ergste. Binnen een rondreis kun je dan zomaar dertig graden verschil meemaken.

Orkanen

In Nieuw-Zeeland komen orkanen Het weer in Nieuw-Zeeland kan erg onvoorspelbaar en wisselvallig zijn. In het binnenland kan het weer zelfs meerdere keren op een dag compleet omslaan, waardoor men het wel eens heeft over 'vier seizoenen in één dag'. Deze wispelturigheid zie je het hele jaar door en dan met name in het westen en de binnenlanden. Het is goed mogelijk dat het de ene dag 24 graden en zonnig is en dat het de volgende dag maar net 12 graden is, met volop regen, hagel en wind. Wie op vakantie gaat naar Nieuw-Zeeland moet daarom met zijn of haar reisuitrusting rekening houden met alle mogelijke weersomstandigheden. Zeker als je van plan bent om rond te reizen moet je zowel warme als zomerse kleding meenemen. In het voor- en najaar is de onvoorspelbaarheid het ergste. Binnen een rondreis kun je dan zomaar dertig graden verschil meemaken.

Klimaatcijfers

Onderstaande cijfers zijn gebaseerd op langjarige gemiddelde klimaatstatistieken. De temperaturen worden weergegeven in graden Celsius (°C).

Meer klimaatinformatie

Klimaatcijfers zijn handig, maar bieden geen totaalbeeld van het klimaat en de mogelijke weersomstandigheden binnen een bepaalde periode. Hoe groot de kans op winters weer, (extreme) hitte of orkanen is vind je vaak niet terug in cijfers. Daarom bieden wij per maand handige extra klimaatinfo.